Minister De Jonge van Volksgezondheid en minister Dekker van Rechtsbescherming komen met een brede aanpak om de jeugdhulp, jeugdbescherming en jeugdreclassering te verbeteren. Zo krijgt elk kind dat uit huis is geplaatst een eigen mentor en gaat elke jongere in de jeugdzorg een toekomstplan maken voor na zijn achttiende. Ook wordt de pleegzorg standaard verlengd naar 21 jaar, worden kinderen die in hun ontwikkeling worden bedreigd eerder en effectiever beschermd en is het separeren van jongeren in de gesloten jeugdzorg straks verleden tijd. Dat meldt Rijksoverheid.
Dat en meer is te lezen in het programma ‘Zorg voor de Jeugd’ dat de ministers zojuist naar de Tweede Kamer stuurden. Uitgangspunt is dat het belang van het kind nog meer centraal moet komen te staan in de jeugdhulp. Dat betekent tijdiger passende hulp, zoveel mogelijk thuis opgroeien en meer begeleiding om zelfstandig te worden. Bovendien worden de wachtlijsten aangepakt.
Het kabinet gaat dit programma samen met gemeenten, zorgaanbieders en cliëntenorganisaties uitvoeren. Er is in totaal 108 miljoen euro beschikbaar om de transformatie van de jeugdhulp in de komende jaren een impuls te geven. Jeugdregio’s moeten een driejarig plan opstellen om in aanmerking te kunnen komen voor een bijdrage uit het zogenaamde transformatiefonds. Voor gemeenten die tekorten ervaren is er daarnaast een fonds van 200 miljoen euro waarop een beroep kan worden gedaan. Een speciaal ondersteuningsteam gaat gemeenten ondersteunen en adviseren.
Uit de meest recente cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek blijkt dat 392.445 kinderen in 2017 gebruik maken of hebben gemaakt van enige vorm van jeugdhulp. Ook geven de cijfers aan dat eind 2017 30.715 kinderen werden beschermd met een maatregel voor jeugdbescherming en dat 6.360 jongeren werden begeleid in het kader van de jeugdreclassering.
Door: Redactie Nationale Zorggids