Speelgoed van plastic zou gifstoffen kunnen bevatten die tijdens het recyclen vrijkomen en nieuw materiaal besmetten. Dat blijkt uit onderzoek dat een Tsjechische milieuorganisatie en IPEN hebben uitgevoerd in 26 landen, waaronder Nederland. Het gaat om stoffen die het zenuwstelsel en de hormoonhuishouding kunnen beïnvloeden. Dit meldt NU.nl.
Elektronische apparaten vormen een grote besmettingsbron voor het plastic dat gebruikt wordt om nieuw speelgoed te maken. Het kunststof dat rondom deze apparaten zit, bevat in 90 procent van de onderzochte voorwerpen de gifstoffen OctaBDE en DecaBDE. Wanneer deze producten gerecycled worden, komen de stoffen vrij. “Het gif blijft hierdoor in de keten terugkomen”, stelt een woordvoerster van WECF, een netwerk van vrouwen- en milieuorganisaties, en lid van IPEN.
De gifstoffen zijn niet alleen schadelijk voor de gebruikers van het speelgoed, maar ook voor de werknemers die verantwoordelijk zijn voor het recyclen van de voorwerpen. Dit wordt voornamelijk uitbesteed aan landen in Azië en Afrika, waar minder strenge regels gelden. De gifstoffen zijn namelijk verboden in de Europese Unie. Echter wordt er nu gestreefd om speelgoed te voorzien van een etiket, waarop te zien is wat er aan stoffen in zit. Binnenkort vindt er een conferentie plaats waar wordt gesproken over strengere regels rondom gevaarlijke stoffen.
Door: Redactie Nationale Zorggids