Voor het eerst zijn dit jaar meer mensen arbeidsongeschikt door psychische problemen dan door lichamelijk klachten. Begin dit jaar waren bijna 823.000 mensen niet in staat om te werken, van wie er 415.000 niet werkten vanwege een psychische aandoening of gedragsstoornis. Dat meldt Trouw.
Iets meer dan helft van de arbeidsongeschikte mensen zit dus thuis vanwege psychische klachten, terwijl dat begin 2000 nog maar rond de dertig procent was. Vooral onder tieners en twintigers zijn de cijfers zorgwekkend. Van de ruim 72.000 arbeidsongeschikte jongeren, zit 85 procent thuis vanwege stress, depressiviteit of een ontwikkelingsstoornis. In de leeftijdsgroep 25 tot 35 jaar is het aantal arbeidsongeschikten met een psychische stoornis in vijf jaar tijd met 30.000 toegenomen.
Jan Derksen, hoogleraar klinische psychologie, vindt de opvoeding een groot deel van het probleem. "Ze komen van een droomwereld bij hun ouders opeens in de ruwe maatschappij. Als ze in hun eerste functioneringsgesprek horen wat niet goed gaat, zijn ze gelijk van slag en gaan ze naar een psycholoog", vertelt de hoogleraar.
Maar dat is niet de enige oorzaak, vindt Derksen. "Er is veel concurrentie tussen jongeren onderling. Iedereen is bezig met zijn eigen geluk en dat levert veel stress op. Jongeren hebben veel te veel keuzes. Zeker de talentvolle. Dat kunnen de menselijke hersenen helemaal niet aan."
De inspectie SZW constateert dat de werkdruk steeds verder toeneemt, vooral in het onderwijs, in de zorg, transport en horeca. "Er zijn geen aanwijzingen dat deze trend zich keert. Integendeel", aldus de inspectie.
Derksen: "Het lijkt wel of iedereen tegenwoordig een psychische stoornis heeft. Er wordt veel te veel gepsychologiseerd en gemedicaliseerd. Zo slikken een miljoen mensen antidepressiva terwijl ze natuurlijk lang niet allemaal depressief zijn."
© Nationale Zorggids