(Novum) - Arme wijken waar bewoners onderling weinig contact hebben, dreigen te verloederen bij de omschakeling naar een participatiesamenleving. Daarvoor waarschuwt TNS NIPO op basis van onderzoek onder bijna duizend Nederlanders. Zo'n tachtig procent van de bevolking vindt het geen probleem zelf actiever te worden, als de overheid zich in de buurt terugtrekt. De rest blijkt hier weinig voor te voelen.
Met name de groep 'welgestelde actieven', mensen in de hogere welstandsniveaus die veel contact in de buurt hebben, blijkt bereid bekladde muren schoon te maken en hangjongeren aan te spreken. Ook de lagere welstandsklasse die in een buurt woont waar veel contact is, blijkt tot veel bereid.
De groep 'welgestelde passieven', veelal jonge alleenstaanden of stellen zonder kinderen die een tiende van de bevolking uitmaken, blijken in alle ambitie en drukte verder opvallend weinig bereid iets te doen. Buurtproblemen of zorgbehoeften worden niet sterk gevoeld. Wel beschikt deze groep over voldoende geld en een netwerk om zorg te regelen.
De grootste zorg ligt volgens het onderzoeksbureau echter bij de groep met een lage welstand en weinig contact in de buurt. Daarbij gaat het om zo'n tien procent van de bevolking, die veelal in flats en rijtjeswoningen woont en tot weinig activiteiten bereid is. Juist bij deze groep 'armere passieven' is sprake van problemen met zwerfvuil, hangjongeren en bekladde muren. "Trekt de overheid zich hier verder terug, dan kan de buurt verder afglijden", concludeert TNS NIPO.
Koning Willem-Alexander zei dinsdag in de troonrede dat de klassieke verzorgingsstaat verandert in een participatiesamenleving. "Van iedereen die dat kan, wordt gevraagd verantwoordelijkheid te nemen voor zijn of haar eigen leven en omgeving."