Bijna alle gemeenten krijgen van cliënten een onvoldoende voor de manier waarop in noodzakelijk hulp en hulpmiddelen wordt voorzien. Gemeenten scoren gemiddeld een 5,1. Dat blijkt uit de tussenresultaten uit het project 'Mijn Kwaliteit van Leven' van patiëntenfederatie NPCF, meldt het Algemeen Dagblad.
In dit project geven meer dan 11.000 cliënten in de 55 grootste gemeenten van Nederland aan wat de veranderingen in de zorg voor hen persoonlijk betekenen. Gemeenten hebben sinds 1 januari 2015 de zorgtaken van het Rijk overgenomen en moesten daarbij flink bezuinigen. Na een jaar ervaring denken slechts twee van de vijf mensen dat de zorg in de toekomst betrouwbaar blijft. Twee derde geeft aan dat zij ondanks de gemeentelijke hulp zich toch beperkt voelen.
De helft van de cliënten die hulpmiddelen, (thuis)zorg of mantelzorgondersteuning zoeken, krijgt naar hun mening niet de best passende hulp. In hun oordeel is deze niet beschikbaar of te duur. De meeste kritiek komt op de communicatie met de gemeenten. In de gemeenten waarin meer dan vijftig mensen meededen aan het onderzoek, scoren alleen Haarlemmermeer, Tilburg en Deventer een nipte voldoende (6-). De overige gemeenten deden het slechter. Onderaan staat Almere met een 4.
Diana Veldman van de NPCF pleit voor één duidelijk aanspreekpunt bij de gemeente, die het dossier van de patiënt kent.
© Nationale Zorggids