Wmo-hulp niet langer voor iedereen: dit is de eigen bijdrage vanaf 2027
De eigen bijdrage voor hulp uit de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) gaat op de schop. Vanaf 1 januari 2027 betalen mensen met een hoger inkomen en vermogen meer voor deze zorg. Het kabinet wil zo de druk op Wmo-voorzieningen verlichten en de wachtlijsten verkorten. Staatssecretaris Maeijer voor Langdurige en Maatschappelijke Zorg stuurt binnenkort het wetsvoorstel naar de Tweede Kamer. Dit meldt Rijksoverheid.
Sinds de invoering van het vaste abonnementstarief van 21 euro per maand in 2019 maken veel meer mensen gebruik van Wmo-hulp dan verwacht. Ook mensen die deze zorg zelf kunnen betalen, doen een beroep op gemeentelijke voorzieningen. Dit leidt tot hoge kosten en langere wachttijden. Door de dubbele vergrijzing zal deze druk de komende jaren alleen maar toenemen. Het kabinet ziet een inkomensafhankelijke eigen bijdrage als oplossing.
Hoe hoger het inkomen, hoe meer je betaalt
Vanaf 2027 betalen alleenstaanden met een inkomen tot ongeveer 24.500 euro per jaar slechts de minimale bijdrage van 23,60 euro per maand. Voor meerpersoonshuishoudens ligt deze grens rond 34.000 per jaar. Daarboven stijgt de eigen bijdrage tot maximaal 328 euro per maand voor alleenstaanden met een jaarinkomen vanaf 61.000 euro en huishoudens met een gezamenlijk inkomen vanaf 70.500 euro.
Gemeenten krijgen ruimte voor uitzonderingen
Gemeenten mogen zelf bepalen of bepaalde groepen worden vrijgesteld van de eigen bijdrage op basis van hun inkomen. Daarnaast kunnen ze op individueel niveau besluiten iemand te ontzien als die financieel in de knel zit.
