Netwerken die opereren binnen de uitvoering van de Wmo 2015 (Wet maatschappelijke ondersteuning) slagen erin belangrijke organisaties aan zich te binden. Tegelijkertijd lukt het maar beperkt om tot een integraal aanbod te komen. Dat concludeert René van Kuijk in het proefschrift dat hij op vrijdag 13 mei verdedigt aan Tilburg University.
Het idee dat organisaties die samenwerken meer kunnen bereiken dan alleen, heeft de afgelopen decennia haar weg gevonden naar het Nederlandse welzijnsbeleid. Ook theoretisch worden netwerken gezien als een goede manier om complexe maatschappelijke vraagstukken aan te pakken. Maar of het ook werkt in de praktijk, is nog weinig onderzocht. Bestuurskundige René van Kuijk bestudeerde daarom welke prestaties netwerken binnen de Wmo 2015 leveren en wat belangrijke attributen zijn van deze netwerken. Hij onderzocht drie netwerken die zich richten op het ondersteunen van het welzijn van ouderen.
Beperkt integraal aanbod
Het lukt de bestudeerde organisaties wel om ondersteuning te leveren aan zelfstandig thuiswonende ouderen, blijkt uit het onderzoek. De vraag is echter of zij daarin slagen dankzij of ondanks de samenwerking tussen organisaties. De netwerken slagen er wel in belangrijke organisaties aan zich te binden, maar tot een integraal aanbod komt het maar mondjesmaat.
Maatwerk versus integratie
De verklaring voor deze praktijk zoekt Van Kuijk in een sterke oriëntatie op individuele verschillen tussen ouderen in de netwerken. Door het streven naar maatwerk zijn er weinig prikkels om tot meer structurele integratie van het aanbod van organisaties te komen. Dat wordt versterkt doordat er sectorale breuklijnen door de netwerken lopen. Bovendien werkt de bekostigingssystematiek van de Wmo 2015 samenwerking tussen organisaties niet bepaald in de hand. De uitvoeringspraktijk van de Wmo 2015 blijft dus achter bij de hooggespannen theoretische en beleidsmatige verwachtingen, concludeert Van Kuijk.
Aanbevelingen
Om hier verandering in te brengen zouden netwerken volgens hem aan een gezamenlijk beeld moeten werken, de reikwijdte van toegangsorganisaties vergroten en samenwerking aanjagen. Op stelselniveau zou een andere benadering van contracten helpen, evenals het doorbreken van de fragmentatie in het beleid.
Door: Nationale Zorggids