Normal_botten__gebroken

Bij één op de drie Nederlanders boven de 50 jaar die met een eerste botbreuk op de spoedeisende hulp (SEH) terechtkomen, is osteoporose de onderliggende oorzaak. Deze chronische aandoening kan iemands levenskwaliteit flink aantasten, maar wordt vaak niet tijdig gediagnosticeerd. In 2019 kregen ruim 39.000 mensen de diagnose osteoporose, waarvan 31.400 vrouwen en 7.800 mannen. In totaal hebben meer dan 900.000 mensen deze aandoening. Wij leggen je in dit artikel uit wat osteoporose is en of je er iets aan kunt doen.

Osteoporose is dus een chronische ziekte, waarbij de sterkte van botten afneemt en het risico op breuken toeneemt: er vindt dus botontkalking plaats. Maar ook de structuur van het bot verandert. Osteoporose geeft eigenlijk geen klachten. Vaak wordt botontkalking pas ontdekt als een bot breekt na een klein ongeluk. Vaak is dit de pols, heup of ruggenwervel. Zoals we hierboven al vermelden, komt osteoporose vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. De oorzaak kan erfelijke aanleg zijn, een te laag gewicht of door de overgang (bij vrouwen). Osteoporose ontstaat ook door onderliggende aandoeningen aan de schildklier of bij chronisch medicatiegebruik. Ook hebben roken en alcohol invloed op de sterkte van botten.

Diagnose osteoporose

Dat de botdichtheid na het vijftigste levensjaar afneemt en dus kwetsbaarder wordt voor breuken, is niet ongewoon. Dat hoort bij het ouder worden. Maar mensen met osteoporose hebben medicijnen nodig om de kans op botbreuken te verkleinen. Daarom is het belangrijk dat iemand goed gediagnosticeerd wordt. Dat kan alleen met een verwijzing. Bij een eerste gesprek bij de reumatoloog wordt gevraagd naar de voorgeschiedenis van de ziekte. Daarna vindt een botdichtheidsmeting plaats om te bepalen of er inderdaad sprake is van osteoporose en hoe ernstig de botten zijn aangetast. Optioneel vindt nog een bloedonderzoek plaats. Ook is er regelmatig controle op wervelbreuken.

Osteoporose is niet te genezen

Osteoporose is helaas niet te genezen, maar er zijn allerlei behandelingen die verdere achteruitgang tegengaan. Fysiotherapie kan bovendien helpen om de kans op vallen te verkleinen. Oefeningen voor mensen met osteoporose moeten de spierkracht en balans verbeteren. Fysiotherapie kan ook helpen bij herstel na een botbreuk. 

Medicijnen

Mensen met osteoporose krijgen gedurende lange tijd medicijnen om de botten weer sterker te maken. Volgens de Osteoporose Vereniging is de therapietrouw onder patiënten met osteoporose laag. Na een jaar is de helft van de patiënten alweer gestopt, omdat ze niet merken dat het medicijn werkt. Het duurt vaak lang voordat er een merkbaar effect optreedt. Alle patiënten krijgen ook vitamine D voorgeschreven en soms calcium.

Fysiotherapie

Een fysiotherapeut kan mensen met osteoporose helpen aan meer balans en spierkracht, om zo de kans op vallen te verkleinen. In de fysiotherapie zijn professionals alert op osteoporose en zo behandelen ze ook regelmatig mensen met een verhoogd risico erop. Zien zij risicofactoren (zoals ondergewicht, leeftijd en weinig lichaamsbeweging), dan verwijzen naar de huisarts voor een verwijzing naar een reumatoloog.

Wat kun je zelf doen?

De Fysiotherapeut raadt aan om te blijven bewegen om de botten stevig te houden. Advies is om minimaal een half uur te bewegen, bijvoorbeeld fietsen of  wandelen. Maar iets anders kan natuurlijk ook. Door zelf aan stevige spieren en balans te werken, is de kans op vallen kleiner. Een gezond gewicht is goed voor de botopbouw en roken en alcohol zouden zo veel mogelijk beperkt moeten worden. Tot slot is calcium belangrijk voor de aanmaak van bot. De meeste mensen krijgen genoeg binnen via hun eten. Vitamine D is nodig om calcium goed te kunnen opnemen in het lichaam en daarom zijn ook voldoende zonlicht en voedingsmiddelen met vitamine D (vette vis en margarine) noodzakelijk.

Door: Nationale Zorggids
Bronnen: Zorginstituut Nederland, Sint Maartenskliniek, Osteoporose Vereniging, de Fysiotherapeut