24-wekengrens in sommige gevallen ‘te streng’, maar Dijkstra houdt eraan vast

Baby’s die voor 24 weken geboren worden, krijgen in Nederland geen standaard intensieve zorg. Een baby’tje van 23 weken krijgt alleen palliatieve zorg, omdat de verwachting is dat het kindje het toch niet overleeft of omdat de kwaliteit van leven onvoldoende zal zijn in de toekomst. Uit onderzoek van ethicus Lien de Proost van het Erasmus MC blijkt echter dat sommige baby’s van 23 weken juist wel baat hebben bij intensieve zorg. Zo laat de zorg in Zweden zelfs zien dat 22 weken oude baby’s die intensieve zorg krijgen een overlevingskans van wel 50 procent hebben. Toch wil demissionair minister Pia Dijkstra niet afwijken van de regeling. Dit melden het Nederlands Dagblad en Kek Mama.

Nieuw Sociaal Contract (NSC) en ChristenUnie wilden van de minister weten waarom zij zich vasthoudt aan de 24-wekengrens. In omliggende landen als België en Duitsland, maar ook in het Verenigd Koninkrijk, Oostenrijk en de Verenigde Staten is het heel normaal om intensieve zorg te verlenen aan baby’s die met 23 weken worden geboren. Maar volgens Dijkstra zijn kinderartsen, gynaecologen en verloskundigen in Nederland van mening dat niet alleen de zwangerschapsduur de overlevingskans van een extreem premature baby bepaalt. Ook speelt het geslacht een rol, net als het geboortegewicht, een eventuele meerlingenzwangerschap en geneesmiddelengebruik.

Levensvatbaarheid

In haar onderzoek stelt De Proost dat levensvatbaarheid belangrijk is voor eventuele herziening van het beleid bij extreme vroeggeboorte: “Als we denken dat een kind niet levensvatbaar is, is het namelijk medisch zinloos en ethisch problematisch om actieve opvang op te starten. Levensvatbaarheid werkt dus als een belangrijke, ‘noodzakelijke’ voorwaarde voor behandeling.”

De reden dat medisch professionals in Nederland het beleid nog niet hebben herzien, is dat het in Nederland aan goede randvoorwaarden ontbreekt om baby’s jonger dan 24 weken adequaat te kunnen behandelen. Wel is het volgens Dijkstra zo dat zorgverleners in individuele gevallen mogen afwijken van de richtlijnen. Mogelijk komt er in 2028 een herziening van de richtlijn voor hulp bij extreme vroeggeboorte.

Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky