Via video-coaching thuis kunnen behandelaars van het Sint Maartenskliniek ouders van baby’s met eenzijdige cerebrale parese ondersteunen. De baby draagt daarbij een polsbandje met geluid, licht en trilling dat de aandacht naar de aangedane arm of hand trekt, zodat hij of zij er hopelijk mee gaat bewegen. Volgens onderzoekers zijn de eerste resultaten van de behandeling positief. De video calls vinden plaats in de thuissituatie en ouders hoeven daardoor maar één keer in de acht weken naar de kliniek te komen voor metingen en overleg. Dit meldt Vakblad Vroeg.
Door een beschadiging van de hersenen krijgen baby’s soms de houding- en bewegingsstoornis (eenzijdige) cerebrale parese (CP). Door de beschadiging functioneert een deel van de hersenen anders of soms zelfs helemaal niet. Baby’s met eenzijdige CP hebben aan één zijde van het lichaam bewegingsproblemen en gebruiken hun aangedane hand of arm minder dan die aan hun gezonde zijde, terwijl ze deze wel zouden kunnen gebruiken. De medische term hiervoor is ‘Developmental Disregard’.
Vroege interventie
Met vroege aandacht voor de aangedane kant, kunnen baby’s het gebruik van hun arm en hand verbeteren. Het enige wat de baby hoeft te doen is een polsbandje te dragen die de aandacht naar de aangedane kant trekt en ouders krijgen van een ergotherapeut ondersteuning via video-coaching. Eens per acht weken volgt een bezoek aan de kliniek. Inmiddels hebben zestien baby’s tussen de 4 en 10 maanden meegedaan aan het onderzoek naar deze nieuwe behandelmethode, waarvan acht intensieve arm-handtraining kregen zonder polsbandje en acht mét. Iedere dag moesten ouders 30 minuten met hun baby oefenen gedurende een periode van acht weken. Naast video-calls met een ergotherapeut kwam ook een kinderfysiotherapeut thuis langs voor extra ondersteuning.
In beide groepen was een verbetering te zien in het gebruik van de arm en hand. Uit nader onderzoek moet blijken of het polsbandje meer resultaat oplevert dan zonder.
Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky