Zwangerschapsvergiftiging vroegtijdig op te sporen met bloedtest

Onderzoekers van de KU Leuven hebben ontdekt dat een analyse van de DNA-structuur van de placenta kan vertellen welke vrouwen later in de zwangerschap een verhoogd risico op zwangerschapsvergiftiging hebben. Met vroege opsporing kunnen ze preventieve medicatie voorgeschreven krijgen, waardoor het risico op ernstige pre-eclampsie sterk verkleint. De DNA-structuur kan geanalyseerd worden na een simpele bloedtest rond de twaalfde week van de zwangerschap, rondom het tijdstip dat ook bloed wordt afgenomen voor de NIPT. Dit meldt de KU Leuven. 

Een op de veertig vrouwen krijgt een zwangerschapsvergiftiging. Een ernstige complicatie waarvan de precieze oorzaak niet bekend is en het achterhalen van risicopatiënten moeilijk en complex blijkt. Een belangrijke kenmerk van pre-eclampsie is een hoge bloeddruk. Als dit niet behandeld wordt, kan dit leiden tot orgaanschade en in zeldzame gevallen tot het overlijden van moeder of kind. Vaak wordt zwangerschapsvergiftiging pas later in de zwangerschap ontdekt, waarna inleiden van de bevalling veelal nog de enige optie is. Bij 1 op de 8 vrouwen ontstaan de symptomen tussen de 20e en 34ste week van de zwangerschap. Ook bij hen moet soms worden ingeleid, wat voor de baby een opname op de NICU (Neonatal Intensive Care Unit) betekent.

Aspirine

Screenings op pre-eclampsie zijn op dit moment nog onbetrouwbaar, maar bekend is wel dat de placenta een belangrijke rol speelt. Onderzoekers van de KU Leuven onderzochten daarom het DNA van de placenta. “We zien een ander patroon in die DNA-methylering bij vrouwen die vroegtijdige zwangerschapsvergiftiging ontwikkelen. Het mechanisme achter dit verschil is nog niet bekend, maar het laat ons nu al wel toe om vrouwen met een verhoogd risico te identificeren.” Dit gebeurt dan via bloedafname rond de 12e week van de zwangerschap. Zij kunnen bijvoorbeeld met aspirine behandeld worden voor de eerste symptomen verschijnen. Het risico op ernstige zwangerschapsvergiftiging is 60 tot 80 procent kleiner door aspirine.

Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky