Beter om hartoperatie bij zwangere vrouwen uit te stellen tot na de bevalling
Het is beter om, waar het kan, een openhartoperatie bij een zwangere vrouw, uit te stellen tot na de bevalling. Dit verlaagt de risico’s voor het ongeboren kind. Indien dit niet mogelijk is, kan een keizersnede direct voorafgaand aan de ingreep de overlevingskansen van de ongeboren baby aanzienlijk vergroten. Dit laat een studie van het Radboudumc zien, waarvan de resultaten nu gepubliceerd zijn in European Heart Journal.
Een zwangerschap heeft grote impact op het hart- en vaatsysteem van vrouwen. Tijdens de zwangerschap werkt het hart van de moeder voor twee mensen, terwijl ook hormonen tijdens de zwangerschap van invloed zijn op onder meer de bloeddruk en bloedvaten. Soms komt het voor dat een vrouw tijdens de zwangerschap een operatie moet ondergaan, bijvoorbeeld vanwege een aangeboren hartafwijking of omdat er spontaan een scheur in de aorta (dissectie) ontstaat of infectie aan een hartklep (endocarditis) optreedt. Een intensieve operatie, veel vrouwen moeten tijdens een ingreep aan de hartlongmachine.
Gelukkig is dit heel zeldzaam, maar daardoor ontbrak het wetenschappelijk bewijs voor het beste moment van opereren. “Eigenlijk heb je in zo’n geval te maken met twee patiënten: moeder en ongeboren baby”, legt Gijs van Steenbergen, eerste auteur van het onderzoek dat hij uitvoerde bij de afdelingen Cardiologie en Cardiothoracale chirurgie van het Radboudumc, uit. “Voor beiden is het van groot belang om waar het kan het beste moment van een operatie te bepalen. Nu gebeurde dat vaak op basis van ervaring of een enkele losse casus. Wij wilden beter bewijs voor het beste moment van opereren.”
Een keizersnede voorafgaand aan de operatie
Een analyse van de gegevens van bijna 400 vrouwen uit alle beschikbare wetenschappelijke onderzoeken volgde. Van Steenbergen: “We zagen dat vrouwen die voorafgaand aan de hartoperatie een keizersnede ondergingen, kinderen kregen die het beter deden dan kinderen die pas na de operatie werden geboren. Ook al worden sommige van deze kinderen eerder dan de uitgerekende datum geboren, zij hebben een betere uitkomst dan baby’s die de hartoperatie moesten doorstaan.”
De onderzoekers, bestaande uit hartchirurgen, cardiologen en gynaecologen van onder meer het Radboudumc Amalia kinderziekenhuis, concluderen hieruit dat het de voorkeur heeft om een hartoperatie uit te stellen tot na de bevalling, als dat mogelijk is. “We zagen dat het in die gevallen waar gewacht kan worden, het voor de gezondheid van de moeder weinig verschil maakt of ze eerst een keizersnede of eerst een hartoperatie ondergaat. Maar omdat het voor de kinderen zoveel uitmaakt, concluderen wij dat een keizersnede voorafgaand aan de operatie de voorkeur geniet”, aldus Van Steenbergen, inmiddels werkzaam in het Catharina Ziekenhuis in Eindhoven.
Betere registratie
Met zijn onderzoek wil Van Steenbergen meer aandacht voor deze groep patiënten. “We leren gelukkig steeds meer over vrouwelijke patiënten, en dit onderzoek draagt daar aan bij. Nu willen we dat onze conclusies worden overgenomen in internationale richtlijnen. Dit kan nog een tijd duren, maar deze resultaten bieden veel handvatten.” Hij is dus nog niet klaar, zo vervolgt hij. “Ik hoop nu op betere registratie. Laten we bijhouden of vrouwen met een hartaandoening tijdens hun zwangerschap geopereerd moeten worden, en hoe hen dit vergaat. Zo vergaren we meer kennis en kunnen we moeder en kind uiteindelijk nog beter helpen.”
Door: Nationale Zorggids