Het Openbaar Ministerie (OM) heeft donderdag een celstraf van vier jaar geëist tegen de 31-jarige vrouwen die verdacht wordt van poging tot doodslag op haar pasgeboren baby. In oktober 2014 zou de vrouw haar pasgeboren dochtertje in een ondergrondse container in Amsterdam-Slotermeer hebben achtergelaten. Dit meldt het OM.
Op 26 oktober 2014 haalden de politie en brandweer de baby van vermoedelijk een paar weken oud uit een ondergrondse vuilcontainer aan de Frits Conijnstraat in Amsterdam. Een getuige die huilgeluiden had gehoord uit de ondergrondse container, waarschuwde de politie.
De officier van justitie noemt het een wonder dat de baby de poging tot doodslag heeft overleefd. Het kindje lag drie meter diep in een dichtgeknoopte zak. Ze woog slechts 2.300 gram. “De vuilniszakken waar ze onder lag toen ze werd aangetroffen waren ongetwijfeld een stuk zwaarder. Ieder weldenkend mens huivert bij de gedachte dat een volstrekt weerloos wezen zo wordt gedumpt. Afgaand op de uiterlijke verschijningsvorm is hier zonder twijfel sprake van handelingen die gericht waren op de dood van de baby”, aldus de officier van justitie.
Vingerafdruk
Dat het uiteindelijk gelukt is de biologische moeder van het meisje op te sporen is te danken aan de vasthoudendheid van de Amsterdamse zedenpolitie. Lange tijd had het zeer uitgebreide politieonderzoek, waarbij ook de hulp van het publiek is ingeroepen, niet tot de aanhouding van een verdachte geleid. De Amsterdamse politie is de moeder in het voorjaar van 2021 op het spoor gekomen dankzij een vingerafdruk die op de tas zat waarin de pasgeboren baby in oktober 2014 werd aangetroffen. De vrouw werd halverwege april 2021 in Duitsland aangehouden. In mei werd ze overgeleverd aan Nederland en sindsdien zit ze in voorlopige hechtenis.
Tegenstrijdige verklaringen
De vrouw is zeven keer verhoord door de politie en telkens legde ze verschillende en soms tegenstrijdige verklaring af over wat er met haar dochtertje zou zijn gebeurd. Op een gegeven moment noemde de verdachte de naam van een man die haar zou hebben verkracht en die de vader van de baby zou zijn. De politie heeft veel energie gestoken om deze man te achterhalen. Uiteindelijk is hij op 11 januari via een videoverbinding in de rechtbank gehoord. Hij zou in de jaren 2013-2014 niet in Nederland zijn geweest. Alhoewel zijn verklaringen niet geloofwaardig zijn, is het alleen de verdachte die verklaart dat deze man de baby in de container zou hebben gegooid.
Omdat er geen aanwijzingen zijn dat de verdachte al voor de bevalling het voornemen had haar kind om het leven te brengen, acht de officier poging kindermoord niet bewezen. Met de eis van vier jaar cel - geheel onvoorwaardelijk – op verdenking van poging doodslag heeft de officier rekening gehouden met het feit dat verdachte niet geheel toerekeningsvatbaar is.
Door: Nationale Zorggids