Zwangere vrouwen die tijdens de 20-weken echo horen dat hun ongeboren kind een hartafwijking heeft, hebben voortaan betere kansen door een nieuwe MRI-techniek. In het Wilhelmina Kinderziekenhuis in Utrecht kunnen ze via de MRI-scanner foto’s maken van het hart van de foetus, en zo al voor geboorte een behandelplan opstellen. Dit vergroot de overlevingskansen aanzienlijk. Dit meldt Hart van Nederland.
Jaarlijks worden 1.500 baby’s geboren met een hartafwijking. Op echo’s is niet altijd duidelijk te zien wat het probleem precies is, waardoor pas na de geboorte tot een behandelplan gekomen kan worden. Met de nieuwe techniek kan de afwijking heel precies in kaart worden gebracht, omdat de MRI-scanner foto’s maakt van de dwarssnede van het hart. Met deze beelden kan een 3D-hart gefabriceerd worden waarmee artsen en ook ouders direct inzicht krijgen in de mate van de afwijking.
Doorbraak in nieuwe techniek
De methode werd voor het eerst toegepast in juni en is een doorbraak in de behandeling van aangeboren hartafwijkingen. De overlevingskansen gaan omhoog nu de arts kan zien dat bijvoorbeeld één ader vernauwd is, of dat een hartklep niet goed werkt. Na de geboorte kan dan sneller worden geopereerd om de kansen van de baby te vergroten. Voorheen lagen baby’s dagenlang op de intensive care en kon alleen tijdens een operatie ontdekt worden wat het precieze probleem was.
Landelijke inzet
De medische ontwikkeling bij baby’s met aangeboren hartafwijkingen is enorm vooruit gegaan. In de jaren ’70 haalde maar 20 procent van de kinderen met een aangeboren hartafwijking uiteindelijk een volwassen leeftijd. Nu ligt dat aantal op 95 procent. Het doel van de nieuwe techniek is dat dit, na een paar jaren van verbetering, landelijk wordt ingezet om hartafwijkingen bij baby’s vroegtijdig in kaart te brengen. De MRI-scan kan dan gebruikt worden voor alle zwangere vrouwen, wat als veilig wordt gezien na het eerste trimester.
Door: Nationale Zorggids
