In veel gevallen kunnen baby’s niet uit de fles drinken, zegt Lenie van den Engel-Hoek van de Landelijk Werkgroep Logopedie. Volgens haar leven de baby’s in de eerste paar weken op reflexen, daar zijn de happende reflex om aan de borst te drinken en de zuigende reflex om een flesje te kunnen drinken twee van. Die reflexen komen na acht tot twaalf weken meer op de achtergrond. Vanaf dat moment is het aan de ouder om de zuigbeweging met een fles dagelijks te oefenen. Een kindje van drie maanden oud loopt anders het risico niet meer te weten hoe het moet.

Onbekend is hoeveel kindjes de fles niet kunnen drinken. “Wat we wel weten: steeds meer moeders werken drie of meer dagen. Een baby die de fles niet pakt, is vooral lastig. Maar met een baan is het een groot probleem”, aldus Van den Engel-Hoek. Moeders die borstvoeding geven, gaan er tegenwoordig langer mee door. Zorgverleners denken dat de noodzaak voor het oefenen met een flesje daalt. Het advies van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) is om zes maanden actief te voeden, maar jeugdarts Mascha Kamphuis denkt dat mede daardoor te weinig aandacht wordt besteed aan voeding met de fles. Ook geven veel consultatiebureaus vaak niet het advies om te oefenen met flesvoeden.

Kraamverzorgenden en ziekenhuizen maken moeder soms bang met de zogenoemde ‘tepel-speenverwarring’. Dit zou ervoor zorgen dat een kindje liever uit de fles drinkt dat dat het van de borst drinkt. Maar volgens Van den Engel-Hoek is het geen probleem om na een week of vier te starten met flesvoeding, als de borstvoeding maar goed op gang is. Het advies voor hulpverleners is om het belang van oefenen met de fles te benadrukken, zeggen jeugdartsen, lactatiekundigen en prelogopedisten. 

Door: Redactie Nationale Zorggids