Normal_sperm

In Nederland zijn vorig jaar ruim 4700 ivf-baby's geboren. Dat betekent dat één op de 36 baby's in 2013 ter wereld kwam met behulp van kunstmatige bevruchting. Het aantal is ongeveer gelijk aan  dat van een jaar eerder, met als verschil dat in 2013 tien procent minder behandelingen werden uitgevoerd. Dat meldt de Telegraaf.

Gynaecoloog Jesper Smeenk houdt deze cijfers bij en spreekt van een efficiëntiewinst van tien procent. Volgens Smeenk wordt de behandeling met ivf (in vitro fertilisatie) steeds efficiënter door de steeds beter wordende laboratoriummogelijkheden. Bij ivf worden eicellen geoogst, waarna ze in een laboratorium bevrucht worden met zaadcellen. Daarna worden een of twee levensvatbare embryo's teruggeplaatst in de baarmoeder, in de hoop op een zwangerschap.

Uit de cijfers blijkt verder dat vrouwen in het Amsterdamse VUmc de hoogste kans van slagen om met behulp van ivf zwanger te worden: 40 tot 45 procent. De kans is het kleinst bij het UMCG in Groningen: 16 tot 22 procent. Smeenk zet hierbij wel enkele kanttekeningen. 'Dat een centrum laag scoort, kan komen doordat zij meer 'moeilijke' vrouwen behandelen: vrouwen die al wat ouder zijn bijvoorbeeld, of die om religieuze redenen geen embryo's willen invriezen. Bij dit soort groepen ligt het allemaal wat ingewikkelder.'

© Nationale Zorggids