Bereik 22-wekenprik lager onder twee specifieke groepen zwangeren
Uit onderzoek van JGZ Kennemerland en GGD Zaanstreek-Waterland in samenwerking met Amsterdam UMC blijkt dat zwangeren met een praktische opleiding en zwangeren die niet in Nederland zijn geboren, minder goed worden bereikt als het gaat over de 22-wekenprik, ofwel de maternale kinkhoestvaccinatie. Dit meldt Amsterdam UMC.
Kinkhoest kan zeer gevaarlijk zijn voor baby’s. Nog steeds belanden jaarlijks bijna tweehonderd jonge kinderen in het ziekenhuis met kinkhoest. Vaccinatie ertegen is beschikbaar, maar pas twee maanden na de geboorte. Sinds december 2019 kunnen zwangeren de 22-wekenprik halen, zodat hun kindje bij de geboorte al beschermd is tegen kinkhoest. Uit onderzoek blijkt dat in de regio’s Zaanstreek-Waterland en Kennemerland vrouwen met een lagere opleiding en vrouwen met een migratieachtergrond minder vaak deze prik halen.
Vaccinatiegraad
De vaccinatiegraad in Kennemerland is 78 procent, waarbij 88 procent van de hoogopgeleide vrouwen en 54 procent van de vrouwen met een lagere opleiding de prik tegen kinkhoest haalden. In Zaanstreek-Waterland is de vaccinatiegraad lager met 58 procent. Onderzoeker Nadien Al-Rubaie: “De verschillen tussen de gemeentes zijn groot: sommige gemeenten halen een vaccinatiegraad van 85 procent, terwijl andere gemeenten blijven steken op 50 procent. In een enkele wijk was het bereik zelfs maar 30 procent.”
Vrouwen uit Turkije, Marokko en Oost-Europa
Oost-Europese vrouwen en vrouwen uit Turkije en Marokko die in de regio Kennemerland wonen, laten zich minder vaak vaccineren tegen kinkhoest dan vrouwen die in Nederland zijn geboren: 38 procent tegenover 84 procent. Uit het onderzoek blijkt dat vrouwen met niet-Nederlands- of Engelsprekende ouders, minder zicht hebben op vaccinatie.
Jeugdartsen gaan gerichter samenwerken met verloskundigen om deze groepen vrouwen beter te bereiken.
Door: Nationale Zorggids