Tuchtrecht voor sociaal werkers hervormd: leren staat centraal
Sinds 1 januari 2025 geldt een vernieuwd tuchtrecht voor sociaal werkers in Nederland, waarbij de nadruk ligt op leren in plaats van straffen. De hervorming is bedoeld om klachtenprocedures minder strafgericht en meer leergericht te maken, zoals al sinds november 2022 het geval is bij jeugd- en gezinsprofessionals. Dit meldt Zorg+Welzijn.
Nieuwe aanpak
De hervorming van het tuchtrecht, goedgekeurd op 28 november 2024 door de Algemene Ledenvergadering van de BPSW (Beroepsvereniging van Professionals in Sociaal Werk), richt zich op reflectie en professionele ontwikkeling. Dit sluit aan bij het motto: “Niet straffen, maar leren.” Het vernieuwde systeem is van toepassing op:
- Leden van de BPSW (met uitzondering van buitengewone leden, zoals studenten);
- Sociaal werkers geregistreerd bij Registerplein als maatschappelijk werker, sociaal agoog of GGZ-agoog;
- Sociaal werkers geregistreerd bij de BPSW als casemanager dementie, medisch pedagogisch zorgverlener of begeleider gehandicaptenzorg.
Klachtenprocedure: reflectie en snellere afhandeling
Klachten worden in eerste instantie behandeld door een Commissie van Consultatie, bestaande uit een ethicus en twee beroepsgenoten. Zij beoordelen klachten aan de hand van de beroepscode en stellen daarbij de kwaliteit van het professioneel handelen centraal.
Voordelen van deze nieuwe aanpak zijn:
- Focus op leren en reflectie;
- Snellere afhandeling van klachten;
- Directer contact tussen betrokken partijen.
Uitzondering voor ernstige schendingen
Voor ernstige schendingen van de tuchtnorm blijft het tuchtrecht bestaan. De Commissie van Consultatie bepaalt of een klacht zelf wordt afgehandeld of wordt doorverwezen naar het College van Toezicht voor een tuchtrechtelijke uitspraak.
Met deze hervorming wil de BPSW sociaal werkers stimuleren om van klachten te leren en tegelijkertijd de kwaliteit van het beroep bewaken.