In de gezinshuiszorg mogen mensen zonder opleiding of ervaring de zorg voor kwetsbare kinderen op zich nemen. Er is volgens Omroep Gelderland onvoldoende toezicht op deze vorm van jeugdzorg. Hoeveel gezinshuizen Nederland eigenlijk telt is ook helemaal niet bekend. Volgens de onderzoeksjournalisten maakt dit gezinshuizen kwetsbaar voor ernstige misstanden zoals te hoge winsten, geweld en misbruik. Dit meldt Omroep Gelderland.
Voor gezinshuisouders gelden geen wettelijke eisen waardoor iedereen een gezinshuis kan oprichten kinderen mag opvangen. Gezinshuizen moeten een soort huiselijke situatie vormen voor kinderen, waar ongeveer zes of zeven kinderen wonen of soms zelfs meer. Oud-kinderrechter Frans van der Reijt noemt het “kleine internaatjes”.
Kinderen als winstmakertjes
Er is geen openbaar register voor deze vorm van jeugdhulp, waardoor er geen zicht is op het totale aantal gezinshuizen. Uit onderzoek van Omroep Gelderland blijkt wel dat het aantal sinds de decentralisering van de jeugdzorg in 2015 in rap tempo groeit. Het Nederlands Jeugdinstituut (NJi) schatte in 2020 dat er ongeveer 979 gezinshuizen waren, waarvan 25 procent (266) in Gelderland stond. De stijging van het aantal gezinshuizen komt niet als een verrassing voor Van der Reijt. Volgens hem zien veel jeugdhulpaanbieders kinderen als winstmakertjes. “Dat vind ik een heel akelige toestand eerlijk gezegd.” Hij stelt dat er veel ondernemers zijn die gemeenten mooie ideeën aanpraten en daar bakken met geld mee innen.
Hoge winstuitkeringen gezinshuizen
Universitair docent Jeroen van Strien die jaarrekeningen van gezinshuizen in De Glind (een dorp in de gemeente Barneveld) inzag, concludeerde dat de helft van de inkomsten naar de ondernemers gaan, Zij keren zichzelf een salaris uit of een hoge winstuitkering. Ook hij vraagt zich af of dit zich uiteindelijk wel uit in goede zorg. Ook is er vaak geen toezicht door zorgaanbieders en is dus niet bekend wie er achter de voordeur meekijkt. Toch gaat 75 procent van de gemeenten in Gelderland de samenwerking met zo’n gezinshuis aan.
Door: Nationale Zorggids / Johanne Levinsky