De Nederlandse ggz pleit voor een cultuuromslag op de werkvloer, zodat meer mensen met ernstige psychische klachten aan het werk kunnen. De 18 miljoen euro die is vrijgemaakt voor re-integratie van deze groep mensen via Individuele Plaatsing en Steun (IPS) is waarschijnlijk niet genoeg. Dit meldt EenVandaag.
Begin juni maakt het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid bekend geld te investeren in re-integratie van mensen met psychische problemen. IPS verzekert dat al tijdens de hulp die iemand van de ggz krijgt, aandacht wordt besteed aan werk vinden, en niet pas nadat de behandeling is afgerond.
Goede resultaten
IPS blijkt bij 44 procent van de deelnemers binnen 30 maanden tot betaald werk te leiden, terwijl die uitkomst bij andere methodieken 25 procent is. Met de 18 miljoen euro voor 2021 en 2022 kunnen 2.300 IPS-trajecten worden gestart. Jacobine Geel van de Nederlandse ggz denkt echter niet dat er genoeg geld beschikbaar is om alle 75.000 mensen met ernstige psychische klachten naar werk te begeleiden. “IPS is een intensief en kostbaar traject, daar komt niet iedereen voor in aanmerking.”
Mentale gezondheid op de werkvloer
Geel denkt ook niet dat iedereen daarvoor in aanmerking voor hoeft te komen, omdat er meerdere manieren zijn om aan werk te komen. Wel pleit ze voor meer aandacht voor mentale gezondheid op de werkvloer, waar een cultuuromslag voor nodig is. Daarom stelde de Nederlandse ggz samen met MINd, Cedris, Divosa en werkgeversvereniging AWN een convenant op. Hiermee vragen de organisaties aandacht voor mentale gezondheid op de werkvloer.
Door: Nationale Zorggids