12 mei 2014 om 10:57
< 1 min lezen
‘In het lichaam van positief ingestelde mensen gebeurt echt wat’
Madelon Peters, hoogleraar experimentele gezondheidspsychologie aan de Universiteit van Maastricht deed onderzoek naar het verband tussen hartkwalen en positivisme. Volgens haar nemen optimisten meer controle over hun leven. Ze eten gezonder, bewegen meer en roken en drinken minder. Toch speelt er meer dan alleen de levensstijl die anders is bij optimisten. Uit haar onderzoek komt namelijk naar voren dat optimisten minder stress te verduren hebben en ook hebben ze minder last van een hoge bloeddruk. Optimisten, aldus Peters, herstellen sneller na een hartoperatie. Ook is bewezen dat zij minder vaak aan hart- en vaatziekten sterven.
In haar laboratorium heeft Peters tevens bewezen dat de theorie niet andersom geldt. Gezondere mensen zijn niet automatisch optimistischer. Het lichaam van een positief ingesteld persoon werkt echt anders. Dit toonde de hoogleraar aan door proefpersonen eerst een optimismetraining te geven voordat ze aan een stressvolle taak werden gezet. De personen bleven na de training veel rustiger; zij hadden daardoor minder stresshormonen in hun bloed en hadden een minder hoge bloeddruk.
Deze bevinding leidt echter niet tot de visie dat optimisme ingezet kan worden als medicijn. Het idee dat je jezelf zou kunnen genezen door positief te denken is ‘onzin’, zo vindt Peters. ‘Je mag het absoluut niet omdraaien. Je hebt het niet aan jezelf te wijten als je ziek wordt.’
Momenteel onderzoekt Peters samen met het UMC of patiënten baat kunnen hebben bij positief denken. Hoewel optimisme deels bepaald wordt door genetica en door opvoeding, blijft er ruimte voor beïnvloeding. ‘We kunnen mensen, in ieder geval tijdelijk, optimistischer maken.’
© Nationale Zorggids