
Actieplan Karremans moet problemen in de ggz aanpakken
Nog nooit deden Nederlanders zoveel beroep op de geestelijke gezondheidszorg (ggz) als vorig jaar. In 2024 gaf de maatschappij hier 5,5 miljard euro aan uit, terwijl dat in 2019 nog minder dan 4 miljard euro was. Er werken meer mensen dan ooit in de ggz, maar desondanks blijven de wachttijden te lang. Vooral de meest kwetsbaren moeten lang wachten op passende zorg. Staatssecretaris Vincent Karremans voor Jeugd, Preventie en Sport grijpt in. Woensdag presenteerde hij het eerste deel van zijn ‘actieprogramma mentale gezondheid en ggz’. In het actieprogramma staan in ingrijpende keuzes op de planning. Dit meldt Rijksoverheid.
Karremans vindt bijvoorbeeld dat er te snel psychologische hulp wordt geboden bij lichte mentale klachten. Daar is vaak een andere, passendere oplossing voor, bijvoorbeeld schuldhulpverlening. En juist doordat veel mensen met lichte klachten een beroep doen op de ggz, moeten mensen met complexe problematiek te lang wachten op hulp.
Acute ggz
Samen met ggz-instellingen en patiëntenorganisaties wil de staatssecretaris onderzoeken wat de beste behandelduur is. Soms zitten patiënten onnodig lang in de ggz, zonder de nodige resultaten te zien. “Dan moeten we op een gegeven moment zeggen: deze oplossing werkt niet, we gaan het anders aanpakken.” Daarnaast is het van groot belang dat de acute ggz niet wegvalt en altijd direct beschikbaar is voor mensen die deze vorm van zorg nodig hebben. Daarom gaat Karremans de komende tijd de marktwerking hiervoor beperken zodat deze zorg gegarandeerd blijft. Ook zet de staatssecretaris in op betere uitwisseling van gegevens in de ggz, zodat verzekeraars betere wachtlijstbemiddeling kunnen uitvoeren.
Voor de zomer van 2025 volgt het tweede deel van het actieprogramma. Hierin staan vooral aandachtspunten die de mentale gezondheid van vooral jongeren moeten verbeteren.