Veel kinderen met een chronische ziekte of beperking kampen met eetproblemen. Een eetprobleem kan ontstaan doordat een kind spastisch is, of doordat de eetlust niet is zoals die moet zijn. Ouders zijn daar veel tijd aan kwijt en bovendien kan het kind door eetproblemen een groeiachterstand oplopen. Daarom is het van groot belang dat zorgverleners dergelijke kwesties vroegtijdig signaleren. Zorgverleners die werken met kinderen met een beperking of chronische ziekte zijn op 6 juni 2018 welkom op het congres ‘Eetproblemen bij jonge kinderen’ waar kinderarts Carolien Gijsbers een lezing geeft over de verschillende eetproblemen. Dat meldt Vakblad Vroeg.
Eetproblemen zijn niet alleen vervelend voor het kind, maar ook voor de ouders. Zij raken namelijk gestrest en weten niet hoe ze het probleem moeten oplossen. Daarnaast staan ze hierover veel in contact met verschillende zorgverleners en dat neemt veel tijd in beslag. Het kind voelt die stress van de ouders. In sommige gevallen is sondevoeding nodig en dat maakt de eetervaring nog vervelender.
Zorgverleners moeten vroegtijdig bij het probleem betrokken zijn. “In de eerste plaats ligt hier een taak voor de betrokken arts of anderen die het kind kennen in verband met de chronische aandoening. Neem bijvoorbeeld ouders serieus wanneer zij melden dat er problemen zijn met het eten, van wat voor aard dan ook”, zegt Gijbers. Kinderen die niet willen eten of ervan moeten overgeven kunnen het eten om wat voor reden dan ook niet binnenhouden en daar is een oplossing voor nodig. Poliklinieken die de lengte en het gewicht van het kind meten moeten ook alert zijn, vindt de kinderarts. Bij een eventuele afwijking in de groeicurve, kan dan een kinderarts ingeschakeld worden die kennis heeft van kinderen met eetproblemen.
Door: Redactie Nationale Zorggids
