DEN HAAG (Novum) - Gevangenissen moeten nieuwe gedetineerden een test afnemen om te beoordelen of ze zwakbegaafd zijn. Dat adviseert de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming (RSJ) dinsdag in een brief aan staatssecretaris van Justitie Fred Teeven (VVD). Deze groep verstandelijk beperkten, die naar schatting tot een kwart van de gedetineerden uitmaakt, ervaart nu in de gevangenis allerlei extra problemen door hun lage IQ.
Een kort, makkelijk screeningsinstrument voor zwakbegaafde gedetineerden is er nu nog niet. Zo'n test zou al in een vroeg stadium kunnen uitwijzen wie zwakbegaafd is, waardoor tijdig maatregelen kunnen worden getroffen voor de omgang met deze gevangenen.
De gedetineerden met een lichte verstandelijke beperking hebben onder meer problemen met leren, lezen, schrijven, sociale vaardigheden en persoonlijke verzorging. Door hun beperking hebben deze gevangenen vaker conflicten met andere gevangenen, het personeel en hebben ze meer problemen met huisregels, aldus de raad.
Het plan van Teeven om gevangenen te belonen naarmate zij meer verantwoordelijkheid nemen voor hun eigen detentie valt slecht bij de RSJ. Volgens de raad werkt dit principe niet voor de groep laagbegaafden en moet hun juist maatwerk op eigen niveau worden aangeboden.
Verder moeten gevangenismedewerkers volgens de RSJ beter getraind worden in hun omgang met deze groep gevangenen en moet in de nazorg meer rekening met hen worden gehouden. Zo zou in samenspraak met de reclassering bijvoorbeeld een specifieke training voor deze groep worden ontwikkeld als voorbereiding op terugkeer in de maatschappij.