Van 21 juni tot en met 27 juni 2021 overleden naar schatting 2.550 mensen. Dat zijn er duidelijk minder dan verwacht voor deze periode: er was sprake van ondersterfte. Er overleden ongeveer tweehonderd minder mensen dan verwacht en bijna driehonderd minder dan in de week ervoor. In alle leeftijdsgroepen was de sterfte lager dan verwacht. Dit meldt CBS.
Van half september tot en met half februari was de wekelijkse sterfte hoger dan verwacht. Tot half januari was er oversterfte. In de weken erna niet meer en schommelde de sterfte rond de verwachte aantallen voor die periode. In de laatste week van april was er weer kort sprake van oversterfte, maar daarna nam het aantal sterfgevallen per week weer af. In de eerste week van juni registreerde het CBS opnieuw oversterfte, de twee weken erna niet. De schatting van vorige week ligt ongeveer tweehonderd sterfgevallen onder de verwachting. Het RIVM registreerde 8 overleden coronapatiënten.
Sterfte bij Wlz-zorggebruikers en overige bevolking afgenomen
De sterfte bij mensen die zorg ontvingen in het kader van de Wet langdurige zorg nam op basis van de schatting af in week 25. Sinds de laatste week van februari lag de sterfte in deze groep steeds onder de verwachte sterfte en sinds eind mei weer rond de verwachte sterfte.
Onder de overige bevolking nam het aantal wekelijkse sterfgevallen ook af. De sterfte ligt ruim onder de verwachte sterfte. Vanaf de eerste week van april tot en met half mei en in de eerste week van juni was er oversterfte in de overige bevolking.
Er overleden in week 25 bijna 950 Wlz-zorggebruikers, zoals bewoners van verpleeghuizen en gehandicaptenzorginstellingen. In de overige bevolking overleden ruim 1.600 mensen.
Door: Nationale Zorggids