Voor week 17 (20 tot en met 26 april) wordt het aantal overledenen geschat op ongeveer 4.000. Dat zijn er zo’n 250 minder dan in week 16 toen 4.264 mensen overleden. De daling is daarmee kleiner dan in de week daarvoor; toen daalde het aantal overledenen nog met bijna 700. De sterfte in week 17 valt ongeveer 30 procent hoger uit dan in een gemiddelde week in de eerste tien weken van 2020. Dat melden het CBS en het RIVM op basis van de voorlopige sterftecijfers per week.
De schatting is gebaseerd op het aantal overlijdensberichten dat het CBS tot nu toe ontvangen heeft voor week 17. Omdat de registratie rond Koningsdag vertraagd was, zoals altijd na een feestdag, is de schatting onzekerder. Het aantal overledenen ligt in week 17 zeer waarschijnlijk tussen de 3.700 en 4.300.
In 2020 overleden er tot en met week 10 (tot en met 8 maart) gemiddeld 3.134 mensen per week. Daarna steeg de sterfte naar een maximum van 5.073 in week 14. Normaal zou in deze periode een daling van de wekelijkse sterfte te zien zijn vanwege het einde van de winter. In de afgelopen drie jaren overleden er ongeveer 2.800 mensen per week in de periode rond week 17.
Sterftecijfer lager bij 80-plussers
Geschat op basis van de informatie die tot nu toe is binnengekomen, is alleen de sterfte in de leeftijd 80 jaar of ouder in week 17 lager dan de sterfte in week 16. In de andere leeftijdsgroepen is de sterfte gelijk gebleven aan de sterfte in week 16.
Naar schatting overleden 2.400 mensen van 80 jaar en ouder in week 17. Dit is ruim 30 procent meer dan in een gemiddelde week in de eerste tien weken van 2020. Daarnaast overleden ongeveer 1.200 mensen van 65 tot 80 jaar (ook ruim 30 procent meer). De sterfte bij de leeftijdsgroep 0 tot 65 jaar (ruim 400) ligt in week 16 ongeveer 10 procent boven het gemiddelde in de eerste tien weken van 2020.
Sterfte onder vrouwen weer hoger dan onder mannen
In de afgelopen weken was de sterfte onder mannen hoger dan onder vrouwen. Vanaf week 14 werden de verschillen echter kleiner en in week 16 lag de sterfte van vrouwen hoger dan van mannen. In week 17 wordt het aantal overledenen voor mannen geschat rond de 1.950 en voor vrouwen rond de 2.050.
In week 17 ligt het aantal overledenen voor zowel mannen als vrouwen ongeveer 30 procent hoger dan in een gemiddelde week in de eerste tien weken van 2020. In week 14 was de sterfte onder mannen nog bijna 75 procent hoger. Het aantal overleden vrouwen piekte in week 15 en lag toen ruim 50 procent hoger.
Verdere daling sterfgevallen in meeste provincies
In week 17 (20 tot en met 26 april) is de sterfte, geschat op basis van de informatie die tot nu toe is binnengekomen, in de meeste provincies verder gedaald. In Overijssel is nog geen duidelijke daling zichtbaar van het aantal overledenen. Het aantal overledenen in week 17 ligt in deze provincie ongeveer 35 procent hoger dan in een gemiddelde week in de eerste tien weken van 2020. In Zeeland en Friesland is waarschijnlijk sprake van een toename in de sterfte in week 17. In deze provincies kan een klein aantal overledenen echter al voor een grote relatieve stijging zorgen.
In Limburg overleden relatief de meeste mensen. De sterfte in week 17 ligt hier ongeveer 50 procent hoger dan in een gemiddelde week in de eerste tien weken van 2020. In Noord-Brabant ligt het aantal overledenen 35 procent hoger. In week 14 was de sterfte in deze twee provincies nog meer dan verdubbeld.
In Zuid-Holland, Noord-Holland, Utrecht, Gelderland en Flevoland is de sterfte ook (verder) gedaald. In deze provincies ligt in week 17 de sterfte nog 20 tot 25 procent hoger dan in een gemiddelde week in de eerste tien weken van 2020.
Spreiding sterfgevallen over gemeentes
In sommige gemeentes in Noord-Brabant, Limburg en rondom Zwolle is het aantal overledenen in week 16 meer dan verdubbeld ten opzichte van een gemiddelde week in de eerste tien weken van 2020. In slechts twee gemeentes (Heerde en Mill en Sint Hubert) ligt de sterfte nog vier of meer keer zo hoog. Ook zijn er nog vier gemeentes (Diemen, Kampen, Bernheze en Laarbeek) waarbij het aantal overledenen tussen de drie en vier keer zo hoog ligt.
In Boekel, Uden, Peel en Maas en Meierijstad lag het aantal overledenen in week 13 en/of week 14 nog vijf of meer keer hoger. In week 17 is dat nog zo’n anderhalf tot tweeënhalf keer hoger.
Het aantal overledenen op gemeenteniveau kan sterk fluctueren, met name voor kleine gemeentes. Een (sterke) verhoging in een bepaalde week kan daarom toeval zijn en hoeft niet het gevolg te zijn van de coronacrisis.
Door: Nationale Zorggids