Normal__cid_afdcadf0-7138-4826-be8d-38c8701a6ced_home

Verbijstering en verslagenheid maakten bezit van mij en ik stond aan de grond genageld: er stond een crematie op punt van beginnen en de plaats was zorgvuldig geheim gehouden. Alleen voor mij.

Door Mary Mijnlieff

Twee maanden later, reisde ik alleen af naar het bewuste crematorium. Zoals altijd, ergens in slecht bereikbaar buitengebied. Het was grauw weer en kil. Mijn donkerblauwe kleding hield mij maar net warm.

Midden in de aula nam ik plaats. Links en rechts van mij bleven de stoelen onbezet. Voor mij geen kist met daarin het overleden familielid waar ik zo dol op was.

Mijn ogen staarden naar de kale bomen die ik verderop buiten zag staan. Op mijn schoot rustte een bos bloemen. Ik zat daar, luisterde naar een bandje met muziek, zelf gemaakt, met nummers waarvan ik wist dat die op de crematie te horen waren geweest, gevolgd door mijn ingesproken afscheidswoorden. Wat had dit familielid voor mij betekend? Ondertussen worstelend met de vraag waarom?

Gelukkig hoefde ik niet te betalen voor het korte gebruik van deze zaal. Ik verliet hem met gebogen schouders. Zelfs, ik was alleen, durfde ik nog niet mijn verdriet te tonen en mijn tranen te laten stromen als een waterval.

Buiten legde ik de bos bloemen bij de andere achtergelaten boeketten neer.

Wat een gedeeld verdriet had moeten zijn was het toen niet. En is het ook nooit meer geworden.
Als iemand van de familie bij een crematie of begrafenis niet welkom is, dan verliest de familie niet één familielid maar twee tegelijk. Van wat er dan nog van over is worstelt de rest met een loyaliteitsconflict.

De warmte van de mensen om mij heen droeg mij door die verschrikkelijk periode heen, al kostte het veel tijd om het gevoel van schaamte om het hele gebeuren te laten verbleken.

Een begrafenis of crematie kan maar één keer. Zouden er eigenlijk beelden van de uitvaartplechtigheid zijn gemaakt vraag ik mij nu heel soms nog af.

Ik vond mijn eigen weg door dit ritueel uit te voeren.

Op 2 november gedenken de katholieken hun overledenen. Die avond steek ik, niet alleen voor dit familielid, maar voor alle anderen overledenen, een kaarsje op.

Niet alleen in de beste families maar in alle families komt het voor. Bijna één op de vijf mensen overkomt dit een keer.

© Nationale Zorggids / Mary Mijnlieff