Minder ontslag op staande voet

In 2012 werden door SAR 19.147 ontslagzaken behandeld. Slechts bij 3% ging het om ontslag op staande voet. Het aantal ontslagzaken waarin sprake is van ontslag op staande voet daalt licht sinds 2007.

​Volgens Stichting Achmea Rechtsbijstand moet in het geval van ontslag op staande voet met een aantal zaken rekening worden gehouden. Ten eerste moet de werkgever altijd voldoende en volledig bewijs hebben voor de dringende reden van ontslag. Ten tweede moet de medewerker de kans krijgen om te reageren (hoor en wederhoor). Ten derde kan de werkgever in geval van ontslag op staande voet overwegen om aangifte te doen, als sprake is van een misdrijf (bijvoorbeeld diefstal).

 

Verder luistert de omschrijving van de ‘dringende reden voor ontslag op staande voet’ erg nauw. Werkgevers én werknemers zouden zich hierover juridisch goed moeten laten informeren. Tot slot is voorkomen altijd beter dan genezen: werknemer en werkgever gaan bij voorkeur met elkaar in gesprek als er sprake is van financiële problemen.

 

Jos Sewalt, directeur van Stichting Achmea Rechtsbijstand: “We merken dat de kwakkelende economie ervoor zorgt dat het aantal ontslagzaken dat we behandelen stijgt. Ten aanzien van het aantal zaken waarbij het gaat om ontslag op staande voet zien we dat mensen simpelweg voorzichtiger worden en minder risico nemen in het arbeidsleven. Daarnaast zijn werkgevers steeds duidelijker geworden over wat mag, en niet mag. Een social media code is daarvan een goed voorbeeld. Een nieuwe baan vinden in deze economisch moeilijke tijden is niet gemakkelijk. Mensen zetten dat niet zomaar op het spel. Daarnaast krijg je natuurlijk geen WW-uitkering als je op staande voet wordt ontslagen.”