De Soepvork
Ik zet zijn bekertje voor hem en hij kijkt mij dankbaar aan. Enkele minuten ervoor vertrok hij van de afdeling. Met een succesvolle onttrekking een paar maanden eerder is zo’n onaangekondigde wandeling wel even iets om goed in de gaten te houden. Uiteindelijk ging hij alleen maar even in de brasserie aan een tafeltje zitten en meer niet. Ik trakteer hem op ‘speciale koffie die we op de afdeling niet hebben’ en zo zitten wij samen aan het tafeltje. Ik geniet van de rust, hij van een andere omgeving en wij beiden van de cappuccino.
Kleine wereld
Zijn wereldje is na een herseninfarct flink kleiner geworden. Na het overlijden van zijn vrouw is dit wereldje nog verder gekrompen. Dit in een schril contrast vergeleken met het rijke en sociale leven dat hij ervoor had. De lokale voetbalclub zou er niet verkeerd aan doen om een stadion naar hem te vernoemen. Wat nu resteert zijn beperkingen in het bewegen en een fors onvermogen om goed te praten. Hoe uit je dan nog je frustratie en verdriet?
Hoe goed je ook je best doet en je probeert te concentreren, niet alle informatie komt goed binnen. En wat er in je omgaat kan je nagenoeg niet uitspreken. De wereld om je heen is een Formule-1 race, en het enige dat jij ter beschikking hebt om vooruit te komen is een oude fiets. Het leven is soep en jij bent een vork.
Nee, ik begrijp je frustratie heel goed. Kom, dan wandelen we rustig aan weer terug met een klein omweggetje. Dan kijken we of het buiten ook zulk goed weer is, als dat wij het soms voor jou spelen.
Door: Nationale Zorggids / Broer Joost