Longfonds geeft advies: steek geen echte kaarsen meer aan in huis
Het Longfonds heeft het advies afgegeven om geen echte kaarsen meer in huis te halen, maar over te stappen op batterij-, led-, of oplaadbare kaarsen. Het branden van kaarsen is namelijk ongezonder dan we denken. Dat meldt het AD.
Een kaars is weliswaar kleiner dan een houtkachel of gasfornuis, maar bij de verbranding komen er alsnog ongezonde stoffen als fijnstof vrij. Fijnstof kan zorgen voor ‘hoesten, kortademigheid, piepen en geïrriteerde ogen’, aldus het Longfonds. Op de lange termijn kunnen kaarsen voor longziekten als astma en COPD, en hart- en vaatziekten veroorzaken. Ook kunnen ze deze ziekten verergeren.
Hoe meer kaarsen, hoe groter de gezondheidseffecten
Het Longfonds benadrukt wel dat het zeker uitmaakt of je een hele tafel vol kaarsen brandt of dat je maar één kaarsje aanhebt. Hoe meer kaarsen, hoe groter de gezondheidseffecten zullen zijn. Het maakt ook verschil waar de kaars precies staat. Als een kaars een rustige vlam heeft, zorgt dat voor minder uitstoot. Een flakkerende vlam en druipend kaarsvet zorgen voor meer roetvorming en daardoor ontstaan er ook meer schadelijke stoffen zoals fijnstof en koolmonoxide.
Geurkaarsen
Het Longfonds geeft aan dat geurkaarsen geen goed alternatief zijn. Deze kaarsen zijn vaak nog slechter dan gewone kaarsen. Bolsius, de bekendste kaarsenproducent, geeft aan dat alleen kaarsen van lage kwaliteit voor gezondheidsklachten kunnen zorgen.
Maar ook kaarsen van een hoge kwaliteit zijn volgens het Longfonds nog steeds ongezond voor de longen. Elektrische (led-)kaarsen zijn een beter alternatief. Mocht je toch een echte kaars aansteken tijdens de kerstdagen, dan moet je volgens het Longfonds flink ventileren. “Luchtroosters ophouden en het ventilatiesysteem op de juiste stand zetten. Als je de kaarsen gedoofd hebt, kan je een raam openzetten zodat de lucht zo snel mogelijk ververst.”