De komende zomer wordt de zorg afgeschaald doordat het schaarse personeel op vakantie gaat. Verschil met eerder onderzoek uit 2019 is dat de zorg dit jaar ook buiten de vakantie wordt afgeschaald. Dit betekent dat er structureel minder zorg wordt geleverd dan is afgesproken in de afgegeven indicatie. Deze ontwikkeling zorgt voor extra druk, meer ongerustheid en minder vakantie voor de mantelzorger, meldt MantelzorgNL.
Dat er (structureel) minder professionele zorg voor handen is, blijkt in alle drie de zorgwetten te spelen. Zowel bij de thuiszorg (Zvw), bij begeleiding en huishoudelijke hulp (Wmo) als bij zorg in het verpleeghuis (Wlz) wordt mantelzorgers gevraagd of zij extra kunnen bijspringen. Het percentage mantelzorgers dat zich ook buiten de vakantieperiode genoodzaakt voelt om zich extra in te zetten voor hun naaste, is gestegen van 48 procent in 2019 naar 65 procent in 2023.
Stress
Het minder ontvangen van zorg heeft direct gevolg voor de mantelzorger. De mantelzorger voorziet dat hij of zij zelf meer zal moeten doen (87 procent) en ook de ongerustheid over hoe het gaat met de zorgvrager neem toe, vooral bij mantelzorgers van naasten die zelfstandig wonen (68 procent). Voor een kwart betekent het ook dat de mantelzorger zelf niet op vakantie kan.
Esther Hendriks, bestuurder MantelzorgNL: "We moeten niet vergeten dat de professionele zorg pas in beeld komt als de mantelzorger al gemiddeld vijf jaar zelf aan het zorgen is. Op het moment dat het niet meer lukt met behulp van het eigen netwerk wordt zorg ingeschakeld ter verlichting van de mantelzorger.
Nu zijn we dus op een punt beland dat de mantelzorger het weer terugpakt ter verlichting van het zorgpersoneel. Simpelweg omdat er niemand anders is en de mantelzorger zijn naaste niet in de steek wil laten. Dit werkt overbelasting alleen maar verder in de hand waarbij opname vaak nog de enige mogelijkheid is. En dat doet de druk op de professionele zorg alleen maar toenemen."
Door: Nationale Zorggids